[ad_1]
Hoewel de oorlog tussen Rusland en Oekraïne duizenden kilometers verderop plaatsvindt, heeft die ook gevolgen voor Nederlanders. Die ondervinden we met name bij het betalen van de energierekening en bij het afrekenen in de supermarkt. Zo raakte een jaar oorlog onze portemonnee.
Gas en licht even onbetaalbaar
Nergens voelden we de gevolgen van de oorlog zo erg als bij het betalen van de energierekening. De kosten voor gas en licht stegen voor de oorlog al, maar ontploften pas echt toen Rusland Oekraïne binnenviel. Dit raakte mensen die hun contracten met vaste tarieven zagen aflopen en te maken kregen met variabele tarieven, maar ook mensen die verhuisden en een nieuw contract moesten afsluiten.
In de zomer piekten zowel de gas- als de elektriciteitsprijzen. “Doordat er minder gas uit Rusland kwam, gingen EU-lidstaten tegen elkaar opbieden om de gasvoorraden te vullen. Daardoor schoten de prijzen omhoog”, legt Gaslicht.com-oprichter Ben Woldring uit. De prijs voor elektriciteit steeg ook doordat er minder stroom beschikbaar was. Dit kwam doordat meerdere kerncentrales tegelijkertijd buitenspel stonden.
Voor een nieuw energiecontract was je door die giftige cocktail in september gemiddeld bijna 8.500 euro op jaarbasis kwijt. “Dit hadden we bij Gaslicht.com nog nooit meegemaakt”, zegt Woldring. Inmiddels zijn we gelukkig weer in rustiger vaarwater beland. De gemiddelde prijs van een nieuw energiecontract ligt nu op ongeveer 3.500 euro. Woldring noemt het “een wereld van verschil”.
Oorlog voelbaar aan de pomp
Ook aan de pomp merkten we de gevolgen van de oorlog in Oekraïne. De prijzen van Euro 95 en diesel stegen op verschillende momenten naar recordhoogtes.
De prijs voor een liter diesel steeg op 10 maart naar een nieuw hoogtepunt. Volgens cijfers van statistiekbureau CBS betaalden we die dag gemiddeld 2,277 euro voor een liter diesel.
De dieselprijs steeg fors, doordat de brandstof vaak wordt gemaakt van Russische olie. Door de sancties tegen het land was het moeilijker om aan die olie te komen. Verder wordt er relatief veel energie gebruikt om die olie om te zetten in diesel. Als die energie duur is, wordt dat een prijzig klusje. Dat wordt weer vertaald naar een hogere prijs.
De prijs voor een liter benzine steeg een paar maanden later – begin juni – ook naar recordhoogte. Op 10 juni kostte een liter benzine 2,372 euro volgens het CBS. Die stijging kwam voort uit tekorten aan olie en onzekerheid over leveringen uit Rusland. Door die combinatie steeg de olieprijs flink in juni.
Eten en drinken flink duurder
We merken de gevolgen van de oorlog ook in de supermarkt. Een mandje boodschappen werd vorig jaar namelijk duurder, mede door het conflict.
Zo zijn de prijzen in de categorie oliën en vetten ruim 30 procent hoger dan vorig jaar, blijkt uit CBS-cijfers. Zonnebloemolie werd bijvoorbeeld schaarser doordat die flessen vaak uit Oekraïne komen, met hogere prijzen als gevolg.
Verder stegen de prijzen van bijvoorbeeld tarwe, doordat Oekraïne en Rusland grote exporteurs zijn. Door de oorlog werd het aanbod verkleind, met prijsstijgingen als gevolg. Dat raakte bijvoorbeeld bakkers, maar ook broodliefhebbers die ineens een euro of zelfs meer betalen voor een brood.
Ook zien we hier de gevolgen van de dure energie en grondstoffen terug. Vissen is voor vissers bijvoorbeeld een stuk duurder geworden door de hogere prijzen van brandstof. Verder kost een lap vlees meer, doordat veevoer in prijs is gestegen.
Hoogste inflatie sinds 1975
De duurdere energie, hogere prijzen aan de pomp en het duurdere eten zijn terug te zien in de inflatie. Dat cijfer geeft aan in hoeverre de prijzen van spullen en diensten zijn gestegen. Na jaren waarin de inflatie niet verder kwam dan 2,7 procent, stegen de prijzen vorig jaar met 10 procent. Dat is het hoogste cijfer sinds het recordjaar 1975.
De hogere prijzen van vorig jaar werden in eerste instantie aangejaagd door de dure energie. Inmiddels zien we daar een kentering in: het aandeel van energie in het inflatiecijfers neemt af, terwijl eten en drinken juist relatief gezien een groter deel op zich nemen.
Lonen stijgen maar een beetje
Door deze kostencrisis is de roep om hogere lonen luider geworden. Die roep heeft ook tot (iets) hogere lonen geleid: na jaren van loonstijgingen van rond de 2 procent, stegen de lonen vorig jaar met 3,2 procent. Dat was de grootste toename sinds 2008.
Toch zullen veel mensen dit magertjes vinden, omdat de prijzen veel harder stegen. Gecorrigeerd voor inflatie gingen we er volgens het CBS met zo’n 6 procent op achteruit. We werden dus een stukje armer. Mede daardoor zien we nu ook meer stakingen in Nederland: vakbonden willen zo grotere loonsverhogingen afdwingen.
[ad_2]
https://www.nu.nl/economie/6252431/zo-raakte-de-oorlog-in-oekraine-onze-portemonnee.html