[ad_1]
Zo kort mogelijk koken (of stomen en wokken)
Vooral tijdens het koken van de groenten gaan er veel vitaminen en mineralen verloren. Daarom heb je er veel meer aan om je groenten te stomen óf ze even te wokken als je gerecht bijna klaar is. Besluit je toch de groenten te koken? Doe dit dan zo kort mogelijk, in zo weinig mogelijk water, totdat het beetgaar is (en dus niet zacht).
Creatief met kookvocht
Tijdens het koken van je groenten kun je niet voorkomen dat de vitaminen en mineralen in het kookvocht trekken. Maar je kan dit kookvocht natuurlijk wel voor een ander doel gebruiken. Alle voedingstoffen in dat kookvocht vormen een ideale basis voor een saus, soep of jus. Zo haal je alsnog alle voedingstoffen uit je groenten.
Grof snijden en niet schillen
Hoe kleiner je de groenten snijdt, hoe meer vitamines en mineralen je kwijtraakt. Snijd de groenten het liefst zo grof mogelijk én zo kort mogelijk voor het bereiden. Na het koken kan je de groenten eventueel wel wat kleiner snijden.
Ook zijn er bepaalde groentes die je misschien gewend bent om te schillen, zoals aardappelen, pompoen en komkommer. Maar juist vlak onder die schil zitten de meeste belangrijke voedingsstoffen. In veel gevallen kun je die schil daarom beter laten zitten.
Bewaar koel en donker
Ook de plek waar je jouw groenten bewaart kan een groot verschil maken. Je kunt ze het beste bewaren op een donkere plek tussen de 12 en 15 °C. Inderdaad niet altijd in de koelkast, tenzij ze aangebroken zijn. Als je de groenten bewaart op een plek waar de zon schijnt, gaan veel vitaminen verloren. Het is dus altijd beter om de groenten in een keukenla of kastje te bewaren dan dicht bij een raam of op het aanrecht.