We zijn verslaafd aan zitten, zegt deze verslavingsarts: ‘We slaan door’

[ad_1]

Volgens Van de Graaf is het een relatief nieuw probleem dat hoort bij onze samenleving: de zitverslaving. De arts deed eerder al onderzoek naar de gevolgen van veel zitten. 

De luie stoel

Het ontstaan van de zitverslaving heeft allemaal te maken met de opkomst van de luie stoel, zegt Van de Graaf. “Vroeger zaten we gewoon op oncomfortabele plekken, maar later zijn comfortabele stoelen gemaakt. Het probleem is dat je dan niet meer beweegt zodra je gaat zitten. Dat doe je bijvoorbeeld wel als je op de grond of op een andere plek zit die niet comfortabel is, want anders krijg je last.”

Zitten in een luie stoel is juist prettig en belonend, zegt Van de Graaf. “Dus dan ga je ermee door. Dit soort genotsmiddelen wordt gemaakt om aan te verdienen en we hebben de neiging om daarin door te slaan.”

‘Net als cocaïne’

De verslavingsarts gaat verder: “Je wordt verslaafd gemaakt aan de luie stoel, met alle gevolgen van dien. Je kan het vergelijken met cocaïne: dat geef je toch ook niet aan iedereen? Waarom een stoel dan wel?”

Inmiddels is de zitverslaving te vergelijken met een rook- of alcoholverslaving, vindt Van de Graaf. “We zitten zoveel dat dit geen minder groot probleem is dan alle andere verslavingen die we al kennen.”

Jelmer Weijs, verslavingsarts bij Jellinek en bestuurslid bij de Vereniging voor Verslavingsgeneeskunde Nederland, springt liever voorzichtig om met de term verslaving. “Ik ben bang dat de term verdunt als je dingen zomaar een verslaving gaat noemen.”

Verslavingscriteria

Er zijn criteria voor verslavingen. Die staan in een handboek genaamd DSM-5. Iets moet aan de volgende elf criteria voldoen voordat het een verslaving genoemd kan worden:

  1. Vaker en in grotere hoeveelheden gebruiken dan je van plan was.
  2. Mislukte pogingen om te minderen of te stoppen.
  3. Het verkrijgen of gebruiken van het middel en het herstellen van gebruik kosten veel tijd.
  4. Sterk verlangen om te gebruiken.
  5. Door gebruik tekortschieten op het werk, school of thuis.
  6. Blijven gebruiken ondanks dat het problemen meebrengt in het sociale of relationele vlak.
  7. Door gebruik opgeven of sterk verminderen van hobby’s, sociale activiteiten of werk.
  8. Voortdurend gebruik, zelfs wanneer je daardoor in gevaar komt.
  9. Voortdurend gebruik ondanks weet hebben dat het gebruik lichamelijke of psychische problemen met zich mee brengt of verergert.
  10. Grotere hoeveelheden nodig hebben om het effect nog te voelen oftewel tolerantie.
  11. Het optreden van onthoudingsverschijnselen, die minder hevig worden door meer van de stof te gebruiken

Weijs gaat verder: “Als je hiernaar kijkt en zitten daarbij in het achterhoofd houdt, dan kan je zien dat de term verslaving de lading niet honderd procent dekt.” We zijn wel een zittende samenleving aan het worden, zegt Weijs. “Dat was vroeger wel anders, toen werkten we harder en zaten we minder.”

Maar om zitten nu een verslaving te noemen? Dat vindt hij wat rigoureus. “De term heeft een hele negatieve connotatie. En door iets een zitverslaving te noemen, jaag je ook een hoop mensen tegen je in het harnas. Je kan beter de dialoog opzoeken.”

Aanwijzen van ‘dader’

Toch blijft Van de Graaf ervan overtuigd dat zitten een verslaving kan zijn. En dit moet volgens hem worden getackeld. “Het probleem is niet zo duidelijk in beeld gebracht, dus dat maakt het ingewikkeld. Maar het begint bij het aanwijzen van een hoofddader en dat is dus de luie stoel.”

Daarom moeten we dus een stuk minder gaan zitten, vindt Van de Graaf. Wordt het dan een kwestie van staan? Dat ook niet, vindt de arts. “De hele dag staan kan ook problemen opleveren, dus dat is niet de oplossing”, zegt hij. “Mensen moeten zich afvragen: kan ik ook op een niet-comfortabele stoel gaan zitten nu? Dan blijf je lekker in beweging.”

[ad_2]

https://www.rtlnieuws.nl/editienl/artikel/5404735/verslaafd-aan-zitten-robert-de-graaf-zitverslaving