[ad_1]
Valerie Van Peel strijdt al jaren voor een betere bescherming van kinderen. Het N-VA-kamerlid werd zelfs jarenlang misbruikt en schreef het boek ‘Overleven’ met getuigenissen van slachtoffers van kindermisbruik en -geweld. In De Afspraak maandag was ze snoeihard, voor de hulpverlening, de politiek, maar ook voor ‘ons’. “Wij Vlamingen kijken graag weg. Wij moeien ons niet met wat tussen vier muren gebeurt.”
De dood van het 9-jarige jongetje Raul in Gent laat niemand onberoerd. Het is een verhaal met een fatale afloop, maar, zo hamert Van Peel in De Afspraak, het mag ons niet doen schrikken. “Ik ben het beu dat het ons doet schrikken. Niet alleen ik, veel hulpverleners met mij zeggen al jaren hoe vaak dat het voorkomt. Eén op tien groeit op met mishandeling of misbruik, meestal binnen het gezin. Dat zijn er gemiddeld twee per klas.”
Slachtoffers van kindermisbruik zijn dus geen ‘uitzonderlijke’ en ‘alleenstaande’ gevallen, benadrukt Van Peel. Niet elk dossier kan voorkomen worden, maar de mishandeling van Raul had volgens haar wel opgemerkt kunnen worden. Een buurman heeft gezien hoe de jongen werd mishandeld. De jongen ging geregeld naar school zonder eten, met blauwe plekken en wou zich niet uitkleden voor het zwemmen. “Als dat niet voldoende signalen zijn om eens door te vragen, om verantwoordelijkheid te nemen, dan hebben we een gigantisch probleem.”
Wat getuigen volgens haar hadden kunnen doen was naar 1712 (meldpunt voor gewelddadige situaties red.) bellen om de situatie voor te leggen. “Eigenlijk had het CLB in actie moeten komen. Die had gesprekken met de ouders moeten voeren. Als die ouders dat niet willen, dan is dat een rood alarm. Dan moet je op termijn zelfs politie aan de deur brengen.”
Regie ontbreekt
Als journalist volgde Van Peel twintig jaar geleden de rechtszaak over de foltering en dood van de zeven maanden oude baby Xena door haar ouders. “In die 20 jaar is weinig veranderd”, klinkt het nu. “Niemand in het hulpverleningslandschap heeft de regie. Je hebt hulpverleners en organisaties die beroepsgeheim inroepen als de politie dingen vraagt. Hulpverlening schuift dossiers door van de een naar de ander. Niemand heeft de hoofdverantwoordelijkheid.”
Daar knelt het volgens haar. Er is nood aan regie bij kinderbescherming. “Er is niemand die zegt: dit moet gebeuren, dit moet je weten én we gaan eerst het kind redden en dan pas de problematiek van de ouders aanpakken. In plaats van elke keer het kind te laten zitten, met de ouders aan de slag te gaan om te zien of het werkt, tot het te laat is.”
De trage vooruitgang in Vlaanderen is een reden waarom Van Peel stopt met politiek. “Ik heb een werkgroep kinderbescherming gecreëerd, achter de schermen, weg van de media. Maar die is gestrand op politieke spelletjes. Dit gaat over weerloze kinderen, die wij allemaal zouden moeten beschermen, als je daarover politiek speelt … .”
Van Peel wijst ook op de maatschappelijke verantwoordelijkheid. “Wij Vlamingen kijken graag weg. Wij moeien ons niet met wat tussen vier muren gebeurt. Wij denken dat ouders het uiteindelijk wel goed bedoelen, wat niet zo is.”
Ze eindigt met een oproep voor meer lef. “Neem verantwoordelijkheid. Besef dat kinderen die rond je leven, weerloos zijn, zichzelf niet kunnen helpen. Wat is er mis met een kind oppikken en benaderen? Eens horen wat je kan doen? Eens zien of je het kan bijstaan?”