[ad_1]
Minister Sigrid Kaag (Financiën) neemt dit jaar een besluit over mogelijke verkoop van de Volksbank. Het moederbedrijf van SNS, ASN Bank, RegioBank en BLG Wonen is nu tien jaar in staatshanden. Kaag wilde eerst wachten tot de bank klaar was om op eigen benen te staan, maar denkt nu dat sneller duidelijkheid nodig is.
Kaag laat in een Kamerbrief weten nog dit jaar een “richtinggevend besluit” te nemen over de toekomst van de Volksbank. Eerder wilde zij daarmee wachten totdat de bank genoeg vorderingen heeft gemaakt met de twee jaar geleden ingezette koerswijziging.
Daarbij wil de Volksbank zich onderscheiden van ING, Rabobank en ABN AMRO als maatschappelijk betrokken consumentenbank. Dat kan door bijvoorbeeld veel bankfilialen open te houden. Op den duur zou dat tot klantengroei moeten leiden en op een winstgevende manier moeten kunnen, is het idee. Maar Kaag denkt dat het nog jaren kan duren voordat er voldoende vorderingen zijn gemaakt.
De minister wil naar eigen zeggen “onnodige vertraging” voorkomen en de Volksbank tijdig duidelijkheid geven over de eigen toekomst. Daar wordt de bank zelf ook bij betrokken, evenals toezichthouders. Er liggen nog altijd meerdere scenario’s op tafel voor de toekomst van de Volksbank.
Overheid redde bank van faillissement
De overheid redde het vroegere SNS Reaal tien jaar geleden van een faillissement. Het concern was in grote problemen geraakt door aanhoudende verliezen bij de vastgoedfinanciering. Om te voorkomen dat dit ook miljoenen klanten zou raken, greep de overheid in.
De verzekeringstak, bekend als SNS Reaal en Zwitserleven, werd enkele jaren geleden weer verkocht. De onderdelen kwamen terecht bij verzekeraars Nationale-Nederlanden en Athora.
Staat kan belang in bank houden om maatschappelijk belang te dienen
De vraag is nog in hoeverre de overheid een rol blijft spelen bij de Volksbank. Een deel van de Tweede Kamer wil dat de bank op zijn minst deels in publieke handen blijft, omdat die dan het maatschappelijke belang beter zou kunnen dienen.
Kaag tekent daarbij aan dat een bank waar de aandeelhouders minder te vertellen hebben, het mogelijk lastiger krijgt om extra kapitaal op te halen. Dat zou volgens haar de stabiliteit niet ten goede kunnen komen. Aan de andere kant zou een deels publieke bank wel bijdragen aan bijvoorbeeld meer diversiteit in de bankensector.
Een definitief besluit valt pas als de Volksbank daar klaar voor is. Kaag gaat daarbij af op het oordeel van NLFI, de stichting die namens de Nederlandse Staat de belangen in financiële instellingen beheert.
Ook ABN AMRO kwam in 2008 in staatshanden. Sinds 2015 is een deel van de bank verkocht via een beursgang, maar de overheid heeft nog ruim 56 procent van de aandelen in bezit. Eerder deze maand liet NLFI weten het belang in ABN AMRO te willen verkleinen tot minder dan 50 procent.