[ad_1]
1. Eet je burger ondersteboven
Het eerste trucje dat je heel simpel kan toepassen is om je hamburger op z’n kop op te eten. Oftewel: de onderkant aan de bovenkant. De dunne onderkant valt snel uit elkaar, maar op deze manier vangt de bolle dikkere helft – die normaal bovenop zit – alle toppings op.
2. De pinkentruc
De meeste mensen – die deze truc nog niet kennen – houden hun hamburger als volgt vast: de duimen aan de onderkant van het broodje, en de rest van de vingers aan de bovenkant. Maar zo zorg je er juist voor dat de klodders saus op je vingers belanden en de rest van de ingrediënten uit het broodje vallen.
Probeer daarom eens de pinkentruc: houd niet alleen je duimen, maar óók je pinken onder het broodje! Je houdt de burger zo aan de voor- en achterkant veel steviger vast bij elke hap die je neemt. Daardoor voorkom je dat de twee kanten uit elkaar schuiven en de hele knoeiboel meenemen.
3. Saus op de juiste helft
Waag jij het toch om je broodje op de ‘normale manier’ te eten? Zorg er dan in ieder geval voor dat je de saus op de bovenste bolle kant doet, zo wordt de dunne onderkant van het broodje niet helemaal sompig door de saus, waardoor het broodje dus minder snel uit elkaar valt!