[ad_1]
De gemeente Amsterdam sluit studenten ten onrechte uit van de eenmalige energietoeslag voor huishoudens met een laag inkomen. Dat heeft de rechtbank in Amsterdam dinsdag geoordeeld. De rechter spreekt van “ongelijke behandeling van vergelijkbare gevallen”.
De uitspraak volgt op de aanklacht van een Amsterdamse student. Hij vocht de afwijzing van zijn aanvraag voor de energietoeslag aan.
De overheid riep de eenmalige energietoeslag van 1.300 euro eind 2022 in het leven voor mensen met een laag inkomen. De toeslag moest mensen helpen met de stijgende prijzen voor energie.
De gemeente Amsterdam besloot toen dat studenten niet in aanmerking kwamen voor de toeslag. Volgens de gemeente zijn zij niet te vergelijken met mensen die moeten rondkomen van een minimumloon.
Daar is de rechtbank het niet mee eens. “Onder de regeling vallen ook jongeren van 21 jaar en ouder die aan het begin van hun loopbaan staan en een startsalaris van net boven het minimumloon ontvangen”, stelt de rechtbank. “Er zijn studenten die zich wat betreft hun inkomen en woonsituatie in precies dezelfde situatie bevinden als deze groep.”
De gemeente Amsterdam heeft volgens de rechter ook niet kunnen aantonen dat het uitkeren van de energietoeslag aan studenten tot overcompensatie van die groep zou leiden.
De uitspraak betekent volgens de rechtbank niet dat de student die de zaak begon de energietoeslag ook meteen krijgt. Het is nog niet duidelijk of hij voldoet aan alle voorwaarden voor de toeslag. De gemeente neemt binnen zes weken opnieuw een beslissing over zijn aanvraag.
Eerder besloot de rechtbank in Arnhem ook al dat studenten niet bij voorbaat mogen worden uitgesloten van de groep die energietoeslag ontvangt. De rechtbank was het niet eens met het beleid van de gemeente Nijmegen, die vorig jaar liet weten dat studenten niet in aanmerking kwamen voor de toeslag.